Melkveehouder en VKO-deelnemer Henk Geerdink boert al jaren in het glooiende Twentse landschap, bekend om haar houtwallen en heggen, bossen en heidevelden, heuvels en beekjes. Het melkveebedrijf van Geerdink en zijn vrouw Ineke met 80 melkkoeien, 60 stuks jongvee en 43 hectare staat op de Kuiperberg, in Ootmarsum.
Rekening houden met de natuur is ‘tweede natuur’ voor de Twentenaar: “Daar waar het kan of zelfs moet kun je er best wel een feestje van maken voor de natuur. Ik ben ervan overtuigd dat de landbouw natuurinclusief kan boeren. Willen we door de maatschappij geaccepteerd blijven om in de toekomst daarvoor een resultaat beloning te krijgen.”
Houtwal
Waar sommige collega-boeren de houtwal als vijand zien en deze het liefst zouden willen opruimen, gebruikt Geerdink de houtwal op zijn percelen zoals vroeger. “Als erfafscheiding. Bomen die kaprijp zijn, kap ik wel. Die hergebruik ik dan, bijvoorbeeld als afrastering of ik gooi het in de kachel.” De houtwallen zijn onderdeel van zijn bedrijf en wil hij daarom behouden. “Natuurinclusief is voor mij gebruiken wat de natuur je biedt.”

In de houtwallen groeien veel plantensoorten en vinden dieren en insecten een rustig plekje. “Ik maak wel eens zorgen om de daling van het aantal insecten. Hoe kan dat? Waarom hadden we twintig jaar terug na een autorit van 200 kilometer een onleesbare nummerplaat? Het goede antwoord heb ik niet. Ik wil ook geen perceel vol met brandnetels of distels, maar een aantal van deze planten kan geen kwaad. De planten trekken vervolgens weer vlinders aan! Een bepaald percentage van mijn bedrijf kan en mag natuur zijn, het hoeft niet steriel.” Geerdink heeft bijvoorbeeld slecht bruikbare hoekjes waar de natuur haar gang kan gaan. Op goed bruikbare cultuurgrond is dat niet wenselijk want daarvoor is de grond simpelweg te duur in Twente, aldus Geerdink.

Maaikorven sloot
Geerdink heeft meegedaan aan de pilot Nieuwe Landschaps en Natuurnorm van de WUR. “Ik heb hier veel van geleerd en nieuwe ideeën en inzichten opgedaan door te kijken bij collega’s. Bijvoorbeeld over het maaikorven van de sloot. Dit is nodig om de sloot te onderhouden, maar ik wacht tot na de bloeiperiode. Dan krijgen planten en grassen gelegenheid om volgend jaar terug te komen.”
Geerdink integreert de natuur in zijn bedrijf daar waar het kan. “Veel collega’s zijn daar al mee bezig en ik denk ook dat bijna iedereen wel op een of andere manier mee kan doen. Het boeren wordt er zoveel mooier van terwijl er qua opbrengsten niet veel hoeft te veranderen.” De melkveehouder hoort over het nieuwe GLB dat er meer ingezet gaat worden op groenbeloningen. “Dat stimuleert agrariërs hiermee aan de slag te gaan pas echt denk ik.” Lees meer over natuur- en landschapsnormen in de brochure.