Op het VKO-maisperceel in Ambt Delden is onlangs bijbemesting met een spaakwielbemester uitgevoerd. Het doel is minder stikstofverliezen door op maat te bemesten. Na de eerste lage basisgift aan het begin van het groeiseizoen, werd op Ambt Delden nu nog eens 20 kilo stikstof bemest op basis van advies van een bodem en gewasmonster.
De proef op ons VKO-demoveld wordt begeleid door Herman Krebbers, adviseur mechanisatie en precisielandbouw bij Delphy. Ambt Delden was niet het enige perceel waar hij langsging met de spaakwielbemester.
Binnen het POP3 project Efficiënter ruwvoer telen met Smart Farming zijn er 6 locaties waar een reguliere gift van 45 m3 wordt vergeleken met gedeelde bemesting met 20 m3 voor zaai en bijbemesting in juni naar behoefte. “Er waren grote verschillen tussen de maispercelen, qua groei maar ook qua bemesting.” Zo is er op een perceel in Giethoorn niet bijbemest en moest op het maisveld in Luttenberg 50 kilo stikstof bijgestrooid worden. “De mais op Ambt Delden stond hoog, was al wel 60-70 centimeter hoog en dus waren we net op tijd met de bijbemesting.”
Met de spaakwielbemester wordt de mest direct in de wortel van de plant geïnjecteerd waardoor het niet kan vervluchtigen. Zien hoe deze machine werkt? Bekijk het filmpje van Nieuwe Oogst.
Bijbemesting gunstig
Krebbers beslist hoeveel er bijbemest moet worden met behulp van de bijmestmonitor van Eurofins. Bijbemesting heeft veel voordelen volgens Krebbers:
- Stikstofverliezen door uitspoeling in mei-juni beperken
- Besparen op kunstmest en dierlijke mest efficiënter inzetten op grasland als bijmesting niet of weinig nodig is. Bijvoorbeeld door verwachte lager opbrengst door vochttekort in de zomer
- Als groeiomstandigheden optimaal zijn een extra boost geven om de maisopbrengst te verhogen
- De extra werkzaamheden kunnen gecombineerd worden met onderzaai, dus minimale meerkosten
Metingen laten verschillen in gewas zien
Het VKO-demoveld is verdeeld in stroken met 15 en 35 m3 mest voor zaai. Op de strook van 15 m3 zijn weer strokeen bijbemest met de adviesgift van 20 kg N, maar ook met 60 kilogram. Krebbers: “We gaan zien of dat ook meer maisopbrengst oplevert.” De komende tijd gaat Krebbers de groei en stikstofopname van het gewas volgen op meerdere methoden. Zo meet hij het gehalte van 34 mineralen via de Novacropcontrol plantsapanalyses door bladeren van de plant af te knippen en gebruikt hij de Yara N-tester om stikstof in het blad te meten. Krebbers: “Bijzonder is dat je met die metingen nu al verschil kunt zien in de plant, terwijl op het oog alle maisplanten er gelijk uit zien.”
Dat zoveel meten en onderzoeken voor de meeste melkveehouders niet haalbaar is, begrijpt Krebbers. Hij hoopt met het onderzoek op het VKO-demoveld meer inzicht te krijgen in wat de invloed van het moment en hoeveelheid bemesting is op de maisplant. “Stikstofverliezen zijn zonde, niet goed voor de waterkwaliteit en ook niet voor de portemonnee. Dat moeten we dus zoveel mogelijk zien te voorkomen. Daar draagt dit onderzoek aan bij.”
Meer informatie
In september geven we deelnemers de gelegenheid de resultaten op de VKO-demovelden in de praktijk te bekijken. Informatie over de demovelden kun je ook volgen via deze Facebookpagina.